Kunstenfestival Watou: de samenhang van alleenigheid

Vindt het plaats of niet? Dat is vraag die het meest gesteld wordt wanneer er wordt gepraat over het Kunstenfestival Watou. Vorig jaar leek het alsof het festival zou ophouden met bestaan, wegens een negatief advies van een van de vele commissies die dit landje rijk is. Gelukkig is Jan Moeyaert een overlever en vond hij opnieuw de nodige fondsen om Watou twee maanden om te toveren tot een alleenig en uniek stiltemoment in de Westhoek.

‘Be a loner, that gives you time to wonder and to search for the truth’ (Albert Einstein).

Kunstenaars scharen zich graag achter deze uitspraak van Einstein. Ze nemen tijd om mensen en dingen te observeren en er ons vervolgens over te vertellen. Spijtig genoeg staan we nog zelden stil bij de steeds sneller wegglippende tijd. Op de schermen van onze iPad, GSM en andere communicatiemiddelen drukken we ons uit in amper 160 tekens. En als er een emoji-teken bestaat, dan volstaat vaak slechts één druk op de knop.

We zijn steeds meer verbonden en tegelijk worden we eenzamer. Recent wetenschappelijk onderzoek wijst immers uit dat 14 procent van de Belgen tussen 18 en 80 jaar getroffen wordt door eenzaamheid. Meer dan 1.250.000 Belgen voelen zich eenzaam, al dan niet in een groep. Want laat ons duidelijk wezen, er is een groot verschil tussen alleen zijn en eenzaam. Laten deze alleenigheid en ondraaglijke eenzaamheid dan ook net de rode draad zijn in deze 37ste editie van het Kunstenfestival Watou.

Watou blijft een totaalervaring, waar vaste waarden als de Douviehoeve, de kerk en de brouwerij afgewisseld worden met nieuwe locaties. Dit jaar verwelkomen de Vijfhoekstraat 13 en de kasteeltuin nieuwe kunstwerken. Net zoals bij vorige edities is er niet afgeweken van de gesmaakte mix van kunst en poëzie. De stilte van het Schrevedorp wordt slechts bij momenten opgeschrikt door een voorbijrazende tractor, een landbouwer op weg naar zijn kurkdroge akkers.

WB2015In het klooster treffen we kunstenaar Willy Baeyens aan. Zijn werken bevinden zich in een donkere ruimte die in schril contrast staat met de rest van de totaal witte kamers (zoals Kouwenaar het poëtisch zou uitdrukken). Dit multitalent runde tot 2014 een eigen reclamebureau, tot een emotionele gebeurtenis zijn leven een andere richting deed inslaan. Zijn werk ‘One size jacket’ is een perfect voorbeeld van alleenigheid. Deze dwangbuis wacht op een volgende gebruiker, de sporen van de vorige eigenaar nog latent aanwezig in de stof.

Nog sterker is het werk met de alleszeggende titel ‘Fragile’. In deze eigengemaakte diptiek zien we een potloodtekening van een man met gebogen hoofd, alsof hij zich schaamt in dit schilderij of in zichzelf opgesloten zit. Baeyens vertelt ons dat elke potloodtrek uniek is, geen enkele uitwisbeweging verstoort dit verstilde moment. Aan de andere kant van het tweeluik bemerken we tralies met een vaag, gedempt licht, dat moeite doet om de neerkijkende man nog verder op te sluiten. Stevige sloten vergrendelen het diptiek. Op de buitenkant lezen we de titel van het werk ‘Fragile’, het verwijst niet alleen letterlijk naar het werk, maar ook naar het emotionele moment gevat in potlood. In ditzelfde klooster neemt de Franse kunstenares Emilie Faïf ons mee, ab ovo (vanuit het ei) met haar zwerm uitvergrote spermacellen. Met dit beeld wijst ze de toeschouwer op de overlevingsdrang van het individu, dat ooit uit een groepje cellen is opgestaan.

Via het klooster belanden we in de kerk waar Javier Pérez’ rozenkrans van doodshoofden een sterk memento mori brengt, een pijnlijke grens tussen verontwaardiging, verbondenheid en eenzaamheid. In diezelfde kerk roept de Algerijnse kunstenaar Yzid Oulab met zijn ‘Rift, The Crusade of the Innocents’ beelden op van de talloze bootvluchtelingen die aanspoelen op Italiaanse stranden op zoek naar een veilige, betere toekomst. Het is een dunne lijn om de overstap te maken naar Géricault en zijn schipbreukvlot. Het grote verschil is hier echter dat er op dit vlot niemand meer aanwezig is. Zijn het de doodshoofden die we in de rozenkrans aantroffen, of zijn de opvarenden gered van de woeste zee? Oulab gebruikte voor zijn vlot opgerolde oosterse tapijten. De mast is een grote offerkaars. Opnieuw is de confrontatie tussen oost en west niet ver weg, maar nu zijn ze samengesmolten tot een reddingsvlot.

JP2013Op een terras laten we onder het nuttigen van een hommelbiertje de indrukken over ons neerdalen. Sterk werk dat meer dan eens een mokerslag uitdeelt. In de Douviehoeve is het opnieuw Pérez die voor een kippenvelmoment zorgt. Met ‘El baile del infinito’ (De oneindige dans) voert hij een intimistische (intieme, sfeervolle) dans ten tonele. Twee witte gewaden wentelen langzaam om hun as. Het ruisen van de stof op het beton van de ruimte is het enige geluid dat doordringt. In een perpetuum mobile van rust tekenen ze het oneindigheidssymbool in rood zand. Elk jaar brengt het Kunstenfestival ook een ode aan een bekende zanger. Dit jaar vult de rauwe rookstem van Jacques Brel de ruimte: een mooiere plek is er niet om ode te brengen aan ‘le plat pays’ (het vlakke land).

Maar denk nu niet dat je Watou met een zwaarmoedig gevoel zal verlaten, daarvoor zijn er gelukkig ook kunstenaars en werken die ogenschijnlijk lichtvoetiger zijn. In de graanschuur tovert Pierre Frankel met zijn woordspeling ‘Que serais-je sans toît’ (Wat zou ik zijn zonder jou) een glimlach op de lippen. Thuiskomen in de ander en geborgenheid. Gevoelens die de alleenigheid moeten bestrijden.

DDH2017Ook de Nederlander Daan den Houter speelt op ludieke wijze in op de moderne tijden. Met zijn ‘Money Floor’ nodigt hij de bezoekers uit om een van de 20.000 eurocentjes die op de vloer verspreid liggen, mee te nemen. Op deze manier word je mede-eigenaar van ‘1/20.000 Daan den Houter’. Met zijn ‘Keep on dreaming’ gaat de kunstenaar nog verder.  Voor € 333,- kan je eigenaar worden van een van de 16 kubussen waaruit dit werk bestaat. In een van deze kubussen zit een klompje goud van 50 gram (met de huidige koers toch een € 1.700,-). Er is echter een maar. Je moet beloven om deze kubus nooit te openen. Wie dit doet, kan door een van de 15 andere eigenaars aangeklaagd worden. Wat is het belangrijkste voor deze 16 mensen die elkaar wellicht nooit zullen ontmoeten: het goud zelf of de gemeenschappelijke droom?

Ook dit jaar is Watou weer een aangenaam anachronisme in deze Twittertijden. Ik had nog tientallen andere werken kunnen beschrijven, maar momenteel heb ik al voldoende tekens gebruikt om meer dan 50 tweets te vullen.

Tijdens de zomermaanden is het Kunstenfestival Watou opnieuw een reden om richting Westhoek te trekken. Vorig jaar verlieten we het dorp nog met een wrang gevoel, een vroegtijdige begrafenis meegemaakt te hebben. Nu weten we dat Moeyaert en de zijnen de feniksen van Poperinge en omstreken zijn. Ze zullen blijven vechten tegen commissies en vóór kunstliefhebbers, die op stilaan vertrouwde locaties zich willen laten verrassen door het ruisen van het riet, de lichtinval op een kunstwerk of gewoon de toevallige samenhang van alle alleenigen die genieten van het moment.

W’17 / PRAKTISCH, Catalogus: €20, Festivalhuis Watouplein 12 8978 Watou Poperinge (België) . Meer info op http://www.kunstenfestivalwatou.be of via info@kunstenfestivalwatou.be

(Dit artikel verscheen eerder bij Het Beeldende Kunstjournaal)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s