De 1078 blauwe luchten van Anton Kusters

Hoe beschrijf je het onbeschrijfelijke? Door het te willen doorgronden? Of net door het te aanvaarden en op zoek te gaan naar wat het onbeschrijfelijke verbindt? In het Genkse C-Mine loopt nog tot eind mei de tentoonstelling 1078 Blue Skies, 4432 Days van de Belgische kunstenaar Anton Kusters (°1974). In opdracht van TheArtCouch trok ik naar Hasselt voor een interview met Kusters over zijn multidisciplinair project.

Anton Kusters

Een reis van meer dan 6 jaar en 177.828 km naar 1.078 voormalige naziconcentratiekampen, het werk grossiert in superlatieven. Maar, hoe groeit zo’n idee?

Groeien is inderdaad het juiste woord, maar dat maakt het daarom niet gemakkelijker om het onder woorden te brengen. Voor mij is het verhaal van mijn grootvader van groot belang. In 1943 klopte de SS thuis in Sint-Truiden aan om hem te arresteren. Gelukkig kon hij ontsnappen, maar hij moest wel de rest van de oorlog onderduiken. Pas in 2012, na zijn dood, kwam ik het verhaal te weten via mijn moeder. Ook zij wist niet waarom mijn grootvader moest onderduiken. Ik informeerde binnen de familie, maar niemand kon een antwoord geven op de vraag waarom mijn grootvader gezocht werd door de SS.

Door het ontbreken van antwoorden, vulde ik zelf mijn vragen in. Waar zou hij beland zijn, en kan ik nu getuige zijn van wat hij nooit gezien heeft? Tegelijkertijd besefte ik dat ik mijn bestaan wellicht dank aan het feit dat hij nooit opgepakt werd.  Mijn zoektocht naar antwoorden leverde een voor de hand liggende oplossing op. Ik trok naar het bekendste vernietigingskamp: Auschwitz.  Met een goedkope camera ging ik op zoek naar het verleden waaraan hij ontsnapt was. De ervaring ter plaatse deelde me een emotionele uppercut uit. Ik ging op de grond zitten en besefte dat mijn lens nooit kon tonen wat ik voelde. In wanhoop richtte ik de camera naar de blauwe lucht en drukte af. Op dat moment stond mijn besluit vast. Uit respect voor mijn grootvader zou ik de 23 kampen fotograferen. Onderzoek deed me al snel beseffen dat ik slechts het topje van de ijsberg gezien had. Er waren geen 23 maar 1078 kampen verspreid over Europa. Het eerbetoon voor mijn grootvader kreeg plots een exponentiële wending.

Van 23 naar 1078. Ik kan me voorstellen dat je dan even moest slikken door de omvang. Hoe begin je daaraan?

Wat me onmiddellijk opviel was de dualiteit van het onderwerp. Enerzijds probeert men de gruwel te vergeten, maar aan de andere kant is de Holocaust een van de meest onderzochte en gedocumenteerde onderwerpen ooit. Ongeveer 75% van de locaties is bekend, maar in hun drang om zoveel mogelijk sporen uit te wissen hebben de nazi’s veel informatie vernietigd. Ik was bij momenten aangewezen op lokale overlevering. Vervolgens leerde ik dat niet alle kampen hetzelfde waren. Meestal denken we dadelijk aan de grote en industriële vernietigingskampen zoals Auschwitz, Sobibor en Treblinka. Maar er waren ook andere kampen: getto’s, krijgsgevangen- en transitkampen, kinder- en vrouwenkampen. Het waren niet-Duitslandplekken. Vergelijk het met stukjes niet-Duitsland. De kampen waren locaties waar burgerrechten niet langer golden. Je kan je de industriële schaal niet voorstellen. Bijna in elke straat was er wel een kamp met enkele mensen. Ze waren satellieten in een cluster van de dood. Het besef dat kampen een deel uitmaakten van het dagelijks bestaan veroorzaakte een Kantiaanse omwenteling in mijn eigen begrip van deze geschiedenis.

Installatiebeeld tentoonstelling ‘1078 Blue Skies / 4432 Days’ van
Anton Kusters in C-mine, Genk – foto © Selma Gurbuz

Door overal dezelfde blauwe lucht te fotograferen, transponeer ik het trauma naar onze tijd en tegelijkertijd zorgt deze lucht voor een alles gelijkmakende ingetogenheid. We wenden ons af van wat er rondom ons is, van wat er eventueel nog zichtbaar is van de gruwel.

De blauwe lucht als grote gelijkmaker en de kijker die zelf op zoek moet naar betekenis.

Dat klopt. Wie zijn wij om te oordelen over de gradatie van leed en trauma? Elk slachtoffer is even belangrijk. Met mijn beelden appeleer ik aan wat Roland Barthes de ‘participatieve kijker’ noemt, waarbij elke toeschouwer zijn eigen betekenis in het werk legt. Moet alles uitgelegd worden? Daarom ook dat ik ervoor opteerde om in de galerij van de expo in C-Mine geen extra uitleg te verschaffen. De bezoeker moet zelf de fysieke ervaring krijgen door de combinatie van mijn werk en de soundscape van Ruben Samama. Op de eerste verdieping brengen we wel een ‘behind the scenes’ waarbij de bezoeker wel meer duiding krijgt bij de expo.

Installatiebeeld tentoonstelling ‘1078 Blue Skies / 4432 Days’ van
Anton Kusters in C-mine, Genk – foto © Selma Gurbuz

In C-Mine wordt je werk horizontaal tentoongesteld. Op andere locaties worden je foto’s verticaal gepresenteerd. Zijn ophanging en volgorde van de foto’s belangrijk?

De presentatie van mijn werk bespreek ik met mijn curator Monica Allende. De opstelling is vaak afhankelijk van de locatie. In het Holocaust Memorial Museum in Washington hangt mijn werk bij de uitgang van de permanente collectie. Daar opteerden we voor de verticale opstelling, terwijl we in de Londense Fitzrovia kapel voor de eerste keer experimenteerden met een horizontale presentatie. Met de lichtinval proberen we er voor te zorgen dat de schaduw van de bezoeker steeds aanwezig is in het werk. Niet goed voor de fotografen onder ons, maar wel een duidelijke statement hoe heden en verleden met elkaar verweven zijn.

En is de opstelling steeds dezelfde?

De opstelling is steeds dezelfde voor elke tentoonstelling, maar deze werd wel oorspronkelijk bepaald door een random generator. In feite kende deze installatie slechts een artistiek moment: de eerste blauwe lucht die ik fotografeerde. Al de rest werd bepaald door externe factoren. Ik kon de locaties niet kiezen, hoe ik er naartoe reed. Soms was het wachten op een blauwe lucht. Openings- en sluitingsdatum van het kamp, hoeveel slachtoffers. Als kunstenaars waren Ruben en ik afhankelijk van de oorspronkelijke keuze. We probeerden onze interventie dan ook tot een minimum te herleiden om het werk autonoom te laten spreken. We hadden immers kunnen opteren om de verschillende tinten blauw te groeperen of de foto’s geografisch te clusteren.

Polaroids als ideale drager voor de boodschap?

Tijd is heel belangrijk in dit project. Daarom is de polaroid een ideaal drager voor mij. Na een tijd vervaagt het beeld, worden de kleuren minder sterk. Net zoals ons geheugen vervaagt de herinnering, het trauma. Er ontstaat een urgentie om deze vervaging tegen te gaan. Daarom ook dat we ons steeds beraden of we al dan niet de originele foto’s tonen. Mijn uiteindelijke bedoeling is om een locatie te vinden waar we het werk 4.432 dagen kunnen tentoonstellen. De uitvoering van Rubens soundscape in combinatie van de vervagende polaroids zouden een echt nec plus ultra zijn. Een camera registreert zonder de oordelen. Een sterker statement lijkt me niet mogelijk.

Kunst na Auschwitz is blijkbaar wel mogelijk. Had Adorno dan ongelijk?

Het trauma van de Holocaust is onbegrijpelijk. Maar ik denk niet dat Adorno het zo letterlijk bedoelde. Ik geef wel toe dat ik op bepaalde momenten zelf ook worstelde met de magnitude van mijn project. Ik ben zelf geen slachtoffer, mag ik er dan wel iets over zeggen? Een toevallige ontmoeting met een oudere dame – een overlever – tijdens een expo in Luik nam mijn twijfel weg. Wie zo lang en zo diepgravend met een werk bezig is, mag daarover een mening hebben.

Was er ooit een moment waarop je wou stoppen?

De hoeveelheid informatie overweldigde me soms. Ik vroeg me soms af of alles wel correct was. Als kind van mijn tijd dook het begrip ‘fake news’ af en toe in mijn gedachten op. Ik heb leren aanvaarden dat historische data nooit 100% correct zijn. Het heeft me geleerd om me neer te leggen dat ik niet alle feiten kon verifiëren. Als men me vraagt of ik helemaal tevreden ben over mijn werk, antwoord ik dat ‘gelaten’ een betere omschrijving is. Ik was in de naïeve veronderstelling dat ik de Holocaust misschien wel beter zou kunnen begrijpen, wanneer ik alle kampen bezocht zou hebben. Ik kwam echter terug met meer vragen. Je begrijpt meer, maar verstaat minder. En daar heb ik het bij momenten wel moeite mee.

Wat na dit megaproject? Heb je al nieuwe plannen?

De diepgang en omvang van 1078 Blue Skies, 4432 Days hebben inderdaad littekens nagelaten. In mijn nieuw werk focus ik opnieuw op “la condition humaine” en ga ik verder op de ingeslagen weg: minder fotograaf, meer multidisciplinair kunstenaar.


De tentoonstelling 1078 Blue Skies, 4434 Days’ is nog 31 mei te bezoeken in C-Mine. Toegang is gratis.
Klik hier voor alle info!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s