Het is kalm wanneer ik de Polarewinkel op de Meir binnenstap. Polare. Ik geraak niet gewoon aan de naam. Kil en meedogenloos. Maar was De Slegte een betere naam, vraag ik me af. Boeken voor 1 €. Ik wandel langs de volle rekken. Boeken die zelfs onder hun kostprijs niet meer gekocht worden. Hun laatste hoop zijn mensen zoals ik, die wellicht uit medelijden enkele van die literaire weesjes meenemen om ze een betere toekomst te bieden in een warme boekenkast. Of ik ze ooit zal lezen? Wellicht niet, of toch, later. Reis- en zelfhulpboeken, kunst en culinair, roman en dichtbundel: het enige wat hen bindt is de aankoopprijs van 1 euro. Ondanks de kostprijs kan ik me niet laten verleiden. Ik vraag me af wat uitgevers ooit bezield heeft om bepaalde boeken op de markt te gooien. In hun eenzame wachttijd op de versnipperaar valt mijn oog op Arty Farty. Emily Gordts, enkele jaren geleden wonderkind van de Amsterdamse grachtengordel, heb ik ooit nog geïnterviewd voor ons tijdschrift Verzin. Het was een moeizaam gesprek. Neen, het gesprek was niet moeizaam, de afspraak. Ze stond erop om ergens af te spreken in het Brusselse Zuidstation waar in een obscure forensenbar zich een deel van haar verhaal afspeelt. Drukke agenda’s zwakten het live-interview af tot enkele obligate e-mailvragen. Hoe het is om te debuteren. Waarom een jonge vrouw schrijft over het kunstwereldje?
Ze verdween even snel van mijn literaire radar als haar debuutroman. Hoe voel je je als schrijver wanneer je je eigen roman ontdekt in de ramsj, de laatste rechte lijn naar de versnipperaar. Maandenlang isolement en opoffering van vriendschappen worden gereduceerd tot een roman van 200 bladzijden en vervolgens tot 1€.
Een ander werk dat mijn aandacht trekt is 8 minutes. Wellicht de goedkoopste Damien Hirst ter wereld. 130 foto’s van de kunstenaar in een wilde variatie van emoties. Gedurende 8 minuten richtte vriend en fotograaf David Bailey zijn lens op de best betaalde taxidermist ter wereld. Om een of andere reden kon ik me er niet toe brengen om geld te besteden aan zijn 130 varianten op een tronie, mijn eigen physical impossibility of buying in the mind of someone living. Mijn euro ging ten slotte naar 20 postkaarten met werk van de Duitse kunstenares Rebecca Horn. Eenhoorn kon een idyllisch tafereel uit een propagandafilm van ons aller Leni R. geweest zijn: een pronte junge Mädel in immer grünen Wiesen. Maar dit tafereel is echter veel meer. De bevreemding ontstaat door beeld en context samen te brengen. Eenhoorn of neushoorn, beide spreken ze tot het rijk der zinnen met hun lustopwekkende vergroeiing. De vrouw op de foto is naakt. Vrouw, hoorn, fallus, naaktheid: Freud zou in zijn nopjes zijn. Maar de foto is ook een ode aan Frida Kahlo. Denk maar even aan The Broken Column waarin de Mexicaanse kunstenares zichzelf portretteert met een kapotte fabrieksschoorsteen als ruggengraat. Een euro die me zoveel esthetisch plezier bezorgt. Goedkoper is strafbaar.
Omdat ik natuurlijk niet aan de kassa durf passeren met een rekening van 1 euro grabbel ik ineens de kunstbrigade mee. Binnenkort zal ik alles weten over de mannen die tijdens de Tweede Wereldoorlog de Europese kunstschatten redden. Volgens mij was het voldoende om gewoon even aan te kloppen bij H.G.: Herman Göring of Hildebrand Gurlitt, l’histoire se répète. Kunst en de Tweede Wereldoorlog. Schrijver Eric-Emmanuel Schmitt boog zich in zijn roman Adolf H., twee levens over de vraag wat er zou gebeurd zijn mocht Hitler wel toegelaten zijn aan de Weense Academie. Het boek beschrijft de parallelle levens van Hitler en Adolf H, waarbij de eerste radicaliseert tot Führer en de tweede evolueert tot gevierd kunstenaar. Ik kan alleen nog maar hopen op een plotse winter waardoor ik dit boek kan aanraden voor een heerlijke leesavond bij de open haard of dito dvd met haardvuurbeelden. Ondertussen staart Thomas Blondeau me aan. Zijn postume dichtbundel Mijn beste gedicht dat u nooit zult lezen ligt geduldig te wachten op een recensie.