Neen, wij zijn geen getuigen van Jehova en ja, de afspraak was vandaag. Onze entree bij videokunstenaar Wim Catrysse verloopt enigszins hobbelig. Maar tijdens onze eerste consumptie op café zitten we meteen terug on track. Een verhaal over reizen, ijsberen, de juiste camerahoek en een steeds hogere lat.
Toen Koen Van den Broek het estafettestokje doorgaf aan videokunstenaar Wim Catrysse was er enige aarzeling. Videokunst? Niet de populairste kunstvorm. Toch trekt de nieuwsgierigheid ons naar de drukke Antwerpse Montignystraat. Het Nieuwe Zuid is een levendige buurt geworden waar hipsters genieten van hun lattes, Gainsbourg nooit is vertrokken en kunstenares Charlotte De Cock een langbaardige man (hipster?) op de buitenmuur van een horecazaak schilderde. Wim houdt van contrast, het city-never-sleeps gevoel als afwisseling op zijn solitaire trips naar desolate gebieden wereldwijd. Soms reist hij alleen, soms krijgt hij het gezelschap van een klankman, afhankelijk van de klimaatomstandigheden ter plekke. Ook daar vallen de uitersten op: van bloedhete bestemmingen zoals Kuwait en Java tot de bittere koude van Alaska en de Barentszzee. Van onzichtbare ijsberen in witte sneeuwvlaktes tot Ferrari-slangen op de snelweg in Kuwait.
Avontuurlijke kunstenaar of kunstzinnige avonturier

Waarom trekt deze avonturier – nota bene zonder rijbewijs – naar alle uithoeken van de wereld om te filmen? Een fascinatie voor de invloed van het territoriale gedrag dat voelbaar is tot in de uithoeken van onze planeet drijft hem. Mensen die bezit worden van een apparaat dat controle houdt over toegangspoorten naar olie en aardgas. Ook om met eigen ogen te zien hoe het kapitaal de weg vrijmaakt naar onherbergzame gebieden zoals de Million Dollar Bridge in Alaska, gebouwd door JP Morgan en de Guggenheim-familie die toegang creëert tot de kostbare kopermijnen.
Wanneer wordt het dan kunst? Als we die vraag stellen komt de pedagogische kant van Wim naar boven. Er is een duidelijk verschil tussen reportage en documentaire. Reportages zijn meestal korter dan tien minuten terwijl documentaires langer uitgesponnen worden en objectief meerdere verhaallijnen bewandelen. Wim plaatst zichzelf als kunstenaar bij de creatieve documentairemakers, waardoor hij het voordeel heeft niet onder een bepaalde format te vallen en geen verantwoording te moeten afleggen aan meerdere partners.
Aan Sint-Lukas Brussel volgde Wim in 1996 eerst schilderkunst, om vervolgens over te schakelen naar experimenteel atelier. Daar leerde hij een acteur kennen die hem vroeg om mee te werken in een theatervoorstelling, waarbij zowel professionele acteurs als amateurs betrokken waren. Wim lacht: “Ik was natuurlijk bij de laatste groep op dat ogenblik. Een gans jaar trok ik doorheen België met dit gezelschap om een stuk van de Franse surrealistische (toneel)schrijver Boris Vian op de planken te zetten. Het contrast met het witte schildersdoek was na dat jaar te groot voor mij geworden.”

Wim begon op dat moment met kleine performances en filmde ze om te kijken met de ogen van de toeschouwer. In tegenstelling tot het toneel waar je maar een standpunt hebt, heeft de filmmaker de mogelijkheid om vanuit verschillende hoeken te werken. Het is wel steeds de regisseur die de macht heeft. Hij bepaalt wat de kijker te zien krijgt.
Omdat de grootstad hem niet langer kon boeien, trok Wim op een bepaald moment alleen naar Alaska. Drie weken filmen leverde meer dan 24 uur beeldmateriaal op, te veel van het goede. Bij een volgende project dat hem naar de andere kant van de wereld voert, gooit hij het over een andere boeg. Twee weken filmt hij in een actieve vulkaan op Java tot … zijn camera kapotging door de zwaveluitstoot.

Voorbereiding is het halve werk
Hoe begin je aan een dergelijke expeditie, vragen we ons af. Wim bevestigt dat het een constante zoektocht is naar werkingsmiddelen om zijn projecten te financieren. “Als je niet aan een grote galerij verbonden bent, is het niet gemakkelijk. Onafhankelijk blijven is een uitdaging.” Hij vertelt dat recent werk van hem is aangekocht door de Vlaamse Gemeenschap, dat zijn mooie opstekers. Maar niet alleen financieel zijn er uitdagingen. “Als je alleen reist, ben je beperkt tot je eigen draagkracht. Wat kan er mee in de handbagage?” Het volgende halfuur voert Wim ons visueel mee langs de vele bestemmingen die hij filmde. We leren ineens hoe je je kunt beschermen tegen beren.
Terwijl op de achtergrond Tammy Wynette’s Stand by your man weerklinkt en het café volstroomt, keren we terug naar het hier en nu. Op de vraag waarom videokunst nog niet voldoende doorgedrongen is in ons land, is Wim duidelijk. Het is nu eenmaal gemakkelijker om een schilderij tegen de muur te hangen, dan een installatie in de living te plaatsen met drie projectoren. Al geeft hij toe dat echte verzamelaars er geen moeite mee hebben om het werk in een aparte ruimte te tonen om het zo volledig tot zijn recht te laten komen. Wim voegt er aan toe dat mensen videokunst onderschatten: “Het is veel meer dan een beeld capteren. Men denkt vaak dat het alleen maar een projector zetten is. Was het maar zo. Ik nodig je uit om een projector te plaatsen, er is maar één juiste manier. Gelukkig hebben hedendaagse projectoren voldoende technische mogelijkheden om bepaalde aanpassingen te doen, maar toch.” Of de gemiddelde toeschouwer dat merkt? Het gevatte antwoord van de kunstenaar laat niet op zich wachten: “Je weet als leek toch ook niet of de hand van een danser tijdens een performance de juiste hoek heeft, maar voor de choreograaf maakt die finesse net het verschil. Toegeven aan het ongetrainde oog zou betekenen dat je de lat lager legt in plaats van hoger.”Outpost (2018)
De kunstenaar heeft zijn schildersblik nooit verloren. Wanneer je op Wims website oog in oog staat met het magnifieke grijs van het landschap in Spitsbergen, sluipt de uitzichtloosheid van dit beeld naar je toe. Unheimlich, en is dat ook niet het gevoel dat we krijgen bij de schilderijen van de zee van Thierry De Cordier? Wim schildert emoties met zijn camera en dat is kunst.
De estafettevraag van Koen van den Broek aan Wim Catrysse
We snappen nu ook beter de vraag van Koen van den Broek om ook via de commerciëlere kunstvormen zijn talent te laten zien. “Bij jou als fantastische filmmaker mis ik een aspect. Ik weet uit het verleden dat je een zeer goede schilder en tekenaar bent. Als ik denk aan de grote regisseurs als Kubrick, Hitchcock, Scorsese. Zij maken fantastische schetsen, storyboards. Waar blijven jouw tekeningen?” Wim moet niet lang over het antwoord nadenken maar vindt het toch wel straf dat hij op eenzelfde lijn gezet wordt als bovenvermelde namen. Het is immers een heel andere soort productie waarbij dergelijke tekeningen of een storyboard noodzakelijk zijn. “Ik reis naar plekken waar ik nog nooit geweest ben, dus ik zie het nut er niet echt van in om dergelijke tekeningen te maken. Uitgetekende shots dienen meestal ter ondersteuning en het sturen van de verschillende camerashots in een scène en daar ben ik zelden op voorhand mee bezig. Dat is wellicht de reden waarom de tekeningen achterwege blijven. En om ze achteraf te maken, dan verliezen ze hun functie ten aanzien van je film.”
Heeft de kunstenaar toekomstplannen? Jawel, het trotseren van de Noordelijke zeeroute naar China langs de Russische kustlijn, in het spoor of als gast op één van de ijsbrekers. Nu trekt hij eerst voor drie maanden naar Ramallah in Palestina om met een onbevangen blik zijn visie op de Palestijnse kwestie te filmen. “Een land is meer dan alleen maar haar eeuwigdurend conflict”, vermoedt de kunstenaar.
Dit artikel verscheen ook op The Art Couch.